Versie: maart 2020
Een tekort aan borium veroorzaakt bij bieten hartrot. De belangrijkste verschijnselen hiervan zijn het afsterven en zwart verkleuren van de jongste blaadjes midden in de kop en de vorming van nieuwe zijscheuten. De kans op boriumgebrek is het grootst op percelen met een te lage boriumtoestand van de bouwvoor. Een slechte structuur, hoge pH (>5,8) en watergebrek verhogen de kans op boriumgebrek. Boriumgebrek is nadelig voor zowel de wortelopbrengst als de interne kwaliteit van de biet.
Boriumgebrek komt vooral voor op zandgronden (zowel de alluviale als de diluviale zandgronden), maar kan ook voorkomen op rivierklei-, dal- en lössgronden. Zeekleigronden zijn van nature boriumrijk.
In incidentele gevallen kunnen bieten op zeekleigrond ook last van boriumgebrek hebben. Meestal betreffen dit percelen met een dun kleipakket, in jaren met een droge zomer en droog najaar. Op basis van ervaringen in het verleden kan men overwegen om tegen boriumgebrek preventieve maatregelen te nemen.
Via grondonderzoek (extractie met heet water) kan men vaststellen of de bouwvoor voldoende borium bevat en hoeveel borium wordt geadviseerd (zie tabel 4.9.1). Tegenwoordig vindt op veel percelen grondonderzoek op borium plaats op basis van extractie met CaCl2 (ook wel PAE-methode genoemd). Voor borium is deze methode echter nog niet gevalideerd en opgenomen in het Handboek Bodem en Bemesting.
Tabel 4.9.1 Waardering boriumtoestand en adviesgiften.
waardering |
boriumgehalte (mg/kg grond) |
adviesgift (kg B/ha) |
|
vloeibare boriummeststof, boriumhoudende mengmeststof |
vaste boriummeststof |
||
zeer laag |
<0,20 |
0,4 |
1,5 |
laag |
0,20-0,29 |
0,3 |
1,0 |
vrij goed |
0,30-0,35 |
0,2 |
0,5 |
goed |
>0,35 |
0 |
0 |
Bij afwezigheid van een bodemanalyse is het advies voor gronden die gevoelig zijn voor boriumgebrek (vooral lichte, droogtegevoelige gronden) om minimaal 400 gram borium per hectare te geven.
Vaste boriummeststoffen, zoals Borax, moet men bij voorkeur voor het zaaien toedienen. Vloeibare boriummeststoffen kan men spuiten in de periode vlak voor het zaaien tot en met het sluiten van het gewas. Er is een lichte voorkeur voor een bespuiting bij het zaaien. Percelen die sterk gevoelig zijn voor boriumgebrek kunt u het beste borium geven bij het zaaien, gevolgd door een tweede gift voor het sluiten van het gewas. Veelal kunnen vloeibare boriummeststoffen gemengd met herbiciden worden gespoten. Lees ook de aanwijzingen op het etiket. Als er onvoorzien in juli of begin augustus boriumgebrekverschijnselen optreden, kan men verslechtering van de situatie trachten te voorkomen door ongeveer 400 gram B per hectare te spuiten. Bij twijfel over al dan niet boriumgebrek kan men het boriumgehalte van de jongst volgroeide bladeren laten onderzoeken. Bij B-gehalten beneden 3,2 mg B per 100 gram droge stof is de kans op boriumgebrek groot.
Voor een bemesting met een boriummeststof kan men Borax gebruiken, maar deze meststof geeft door de geringe benodigde hoeveelheden (5 tot 15 kg/ha) vaak problemen wat betreft de regelmaat van verdeling.
Er zijn goed oplosbare boriummeststoffen verkrijgbaar, die men zowel vóór opkomst als na opkomst van de bieten met een landbouwspuit kan toedienen. In tabel 4.9.2 staan enkele van de belangrijkste borium- en boriumhoudende meststoffen. Het boriumgehalte van de meeste dierlijke mestsoorten bedraagt 3 tot 5 gram per ton.
Tabel 4.9.2 Enkele van de belangrijkste borium- en boriumhoudende meststoffen.
productnaam |
borium |
Agrifirm bietenmix1 |
0,2% |
Agrifirm bietenzout2 |
0,06% |
Borax |
11,0% |
Boron |
150 g/l |
Bortrac 150 |
150 g/l |
EPSO Microtop3 |
0,9% |
Fertichel Borium |
135 g/l |
FoliPlus Borium |
150 g/l |
Nitrakali plus4 |
0,05% |
Solubor DF |
17,4% |
Unika chili5 |
0,2% |
1 Agrifirm bietenmix bevat tevens 15,4% N, 1,3% MgO, 18,4% Na2O en 6,2% SO3.
2 Agrifirm bietenzout bevat tevens 50% Na2O.
3 EPSO Microtop bevat tevens 15% MgO, 31% SO3 en 1% Mn.
4 Nitrakali plus bevat tevens 15% N, 9% K2O en 21% Na2O.
5 Unika chili bevat tevens 14% N, 2,5% SO3 en 8,5% Na2O.
Contact: André van Valen