dinsdag 9 oktober 2018
Na de oogst zijn er nog diverse zaken op te merken waar u in een vervolgteelt rekening mee kunt houden. Aan bieten aan de hoop is nog het nodige waar te nemen. Ook de gerooide biet geeft nog diverse signalen af over wat goed is gegaan en wat beter had gekund. In dit bericht een aantal symptomen, de oorzaken en signalen voor zowel de korte als de lange(re) termijn.
Leren van de bietenhoop
Neem een plek in het midden van de hoop (dus niet aan de voet en niet in de kop) van ongeveer 50 bij 50 centimeter in u op en kijk of u iets ziet aan de bieten. Doe dit vervolgens op meerdere plekken van de bietenhoop.
Voor een goede diagnose kunt u beter niet al te zwaar aangetaste bieten nemen. Als er rotte bieten in een hoop zitten, dan liggen er vaak ook minder zwaar aangetaste bieten in de buurt. Op deze lichter aangetaste bieten zijn de kenmerken/signalen meestal beter te herkennen. Ook kan het helpen om een paar bieten te wassen om een beter beeld te krijgen. Zie ook het IRS Informatie-artikel ‘Een rotte biet? Bekijk hem goed!’.
symptomen |
oorzaak |
korte termijn |
lange(re) termijn |
|
|
|
|
Rotte plekken |
|
|
|
Rotte plekken met droge aanblik |
|
|
|
Vaak een bobbelig uiterlijk in de door aphanomyces veroorzaakte insnoering. Soms zijn er ook bieten die gaan rotten als gevolg van de aphanomyces aantasting, zie ook ‘Waarom dit jaar zoveel percelen met veel aantasting van aphanomyces’. |
Bieten met rot niet (lang) bewaren. Overleg eventueel met de agrarische dienst. |
|
|
|
|
|
|
Kleine, ronde zwarte plekken |
|
|
|
Deze kleine, ronde zwarte plekjes, zogenaamde lesies, op de hele biet voorkomend zijn kenmerkend voor rhizoctonia. |
Bieten met rot niet (lang) bewaren. Overleg eventueel met de agrarische dienst. |
||
|
|
|
|
Onderhuidse (kurkachtige) bruinverkleuring |
|
|
|
Bij een licht aangetaste biet zijn net onder de kop onder de schil kleine kurkachtige (bruine) plekken een aanwijzing voor een beginaantasting door het stengelaaltje. |
Bieten met rot niet (lang) bewaren. Overleg eventueel met de agrarische dienst. |
|
|
|
|
|
|
Verkurking en verrotting van de bladaanzetten |
|
|
|
De eerste aantasting door phoma is oppervlakkig en ingezonken. Phoma begint overduidelijk vanuit de kop van de biet. Vaak, maar niet altijd, is wit schimmelpluis in het donkere zwart-bruine weefsel zichtbaar. Onderste foto zijn droge, ingezonken plekken door phoma te zien. |
Bieten met rot niet (lang) bewaren. Overleg eventueel met de agrarische dienst. |
Voor de beheersing van phoma wortelrot zijn (nog) geen concrete teeltmaatregelen. |
|
|
|
|
|
Rood/paarsverkleuring |
|
|
|
Neem bij twijfel een biet mee, was deze en leg ze na voorzichtig afspoelen een nacht bij kamertemperatuur, dan verschijnt de typische rood/paarsverkleuring door violetwortelrot. |
Bieten met violetwortelrot niet (lang) bewaren. Overleg eventueel met de agrarische dienst. |
|
|
|
|
|
|
Rot in de kop |
|
|
|
Rot in het hart van de biet duidt op boriumgebrek of valse meeldauw. |
Bieten met rot niet (lang) bewaren. Overleg eventueel met de agrarische dienst. |
|
|
|
|
|
|
Scheuren of insnoeringen |
|
|
|
Insnoering beginnend op grens lucht en grond |
|
|
|
Vaak een bobbelig uiterlijk in de door aphanomyces veroorzaakte insnoering. Soms zijn er ook bieten die gaan rotten als gevolg van de aphanomyces aantasting. |
Controleer op rotte bieten in de hoop. |
||
|
|
|
|
Insnoering lager op de biet |
|
|
|
Zit het bietenpuntje er nog aan, snij deze eens in de lengterichting door. Als de vaatbundel verkleurt is (lichtgeel tot bruin), dan is sprake van rhizomanie. |
(veel) blinkers gezien in (nog niet gerooide) perceel? |
||
|
|
|
|
Scheur overdwars op scheiding kop en wortel |
|
|
|
Rot door stengelaaltje. |
Overleg eventueel met de agrarische dienst. |
|
|
|
|
|
|
Scheur (schuin) dwars over biet |
|
|
|
Droge verrotting in en rond scheur veroorzaakt door rhizoctonia. |
Bieten met rot niet (lang) bewaren. Overleg eventueel met de agrarische dienst. |
||
Scheur dwars over biet | |||
De oorzaak is een fysiologisch effect (te hoge celspanning) als gevolg van onregelmatige groei, zie ook een rapport en een presentatie beide uit 2008. | |||
|
|
|
|
Vertakkingen en/of puntbreuk |
|
|
|
Vertakkingen |
|
|
|
(foto: Suiker Unie) |
Vertakkingen zijn soms lastig(er) te ontdekken. Vertakkingen kunnen veroorzaakt zijn door structuur, witte bietencysteaaltjes, gele bietencysteaaltjes, vrijlevende wortelaaltjes, enz. |
Kijk of het over de hele partij/perceel zo is. Probeer na te gaan waardoor de vertakking veroorzaakt kan zijn. |
Als vertakking door aaltjes veroorzaakt kan zijn, bemonster dan om te kijken welke aaltjes en welke aantallen. |
|
|
|
|
Puntbreuk |
|
|
|
Een smerig breukvlak van meer dan 2 cm wordt gezien als puntbreuk. |
Indien er nog gerooid wordt, probeer dan samen met de machinist de reiniging minder agressief te zetten of de rooischaren wat dieper, zie ook het IRS Informatie-artikel ‘Rooi met weinig grondtarra en minimale beschadigingen’. Voor het checken is een aantal handige hulpmiddelen beschikbaar. Een ton bietverlies kost meer dan 3 ton aan grondtarra. |
Tip: leg wat u gevonden heeft vast, zodat u voor een volgende teelt maatregelen kunt nemen om erger te voorkomen.
Leren van de Gewichts- en kwaliteitsopgave
De gegevens die iedere teler na levering van de bieten toegestuurd krijgt kunnen eveneens nuttige informatie bevatten over de teelt van het afgelopen seizoen. Grote verschillen in kwaliteitscijfers tussen de geleverde vrachten kunnen duiden op een heterogeen perceel of haarden van ziekten en plagen. In hoofdstuk 8.1.5 van de teelthandleiding (´Belangrijkste oorzaken van een slechte interne kwaliteit´) is nadere informatie te vinden over de belangrijkste oorzaken van een slechte bietenkwaliteit en eventuele verbetermaatregelen. Indien u een hoge invertwaarde opmerkt is het eveneens raadzaam na te gaan wat hiervan de oorzaak geweest kan zijn, zie hiervoor ook het artikel ‘Hoge invertwaarde duidt op vermijdbaar suikerverlies’.
Hulp(middelen)
Mocht u er met behulp van bovenstaand overzicht of de Ziekten&plagen-applicatie niet uit komen, neem dan contact op met uw contactpersoon van de agrarische dienst van Suiker Unie.
Contact: Jurgen Maassen,Bram Hanse,Elma Raaijmakers,Martijn Leijdekkers