dinsdag 17 maart 2020
Vanaf het moment van gewassluiting kunnen in de suikerbietenteelt diverse bladschimmels optreden en schade veroorzaken. In Nederland zijn dat cercospora (Cercospora beticola) en stemphylium (Stemphylium beticola) de twee bladschimmels die de meeste schade kunnen veroorzaken. Afhankelijk van de mate van aantasting en het moment dat die begint kunnen deze twee bladschimmels zorgen voor een tot 40% lagere suikeropbrengst. Hoe meer aantasting en hoe vroeger in het seizoen, hoe groter de schade, zeker bij een laat rooitijdstip. Daarnaast is het weer een bepalende factor. Elke bladschimmel kent zijn eigen optimale infectie-omstandigheden. Als het (micro)klimaat in het gewas hieraan voldoet, dan kan de bladschimmel zich ontwikkelen en een epidemie in het gewas veroorzaken. Hoe korter de rotatie met waardplanten van de betreffende bladschimmel hoe hoger de druk van deze schimmel. Bij een hogere druk ontstaan per dag meer infecties in het perceel en zal dus sneller het eerste vlekje gevonden worden. Om de schade te beperken geldt voor elke bladschimmel hetzelfde advies: Zodra de eerste vlekjes worden waargenomen dient de teler een bespuiting uit te voeren met het juiste fungicide. Gebeurt dit niet, dan is er kans op opbrengstderving. De aantasting en schade door bladschimmels kan per suikerbietenras variëren, maar de schadedrempel en advies voor de beheersing zijn onafhankelijk van het gekozen suikerbietenras. Voor alle bladschimmels bij alle rassen is de schadedrempel de eerst waarneembare aantasting (eerste vlekjes) in het perceel. Doordat cercospora al jaren lang met fungiciden met actieve stoffen van dezelfde klassen (triazolen en strobilurines) wordt beheerst, treedt er selectie van minder gevoelige isolaten op. Hierdoor wordt het lastiger om cercospora afdoende te bestrijden. In 2019 zijn door het IRS vijf proefvelden aangelegd. Hiervan zijn er twee aangelegd op percelen van bedrijven waar de beheersing van cercospora al enkele jaren als moeizaam wordt ervaren met als doel te onderzoeken hoe verminderd gevoelige cercospora het beste kan worden beheerst met toegelaten middelen. Twee andere proefvelden zijn op percelen van de proefboerderijen in Valthermond en Vredepeel aangelegd met als doel om de effectiviteit van middelen, middelencombinaties en afwisselen van middelen te onderzoeken. Het vijfde proefveld is in Valthermond aangelegd met als doel het effect van de bladgezondheidsklasse van verschillende rassen op de beheersing van bladschimmels te onderzoeken. Afhankelijk van het microklimaat zou op alle locaties ook stemphylium (Stemphylium beticola) kunnen optreden. De resultaten van dit onderzoek worden beschreven en bediscussieerd in dit verslag.
Contact:
Bram Hanse
Uitgave: 17-03-2020
Vakblad: IRS Publicatie 20P01 Beheersing van Cercospora beticola in suikerbieten 2019
Publicatie:
Bepaal het bewaaradvies VORST voor uw locatie
Code bewaardavies VORST voor 'Lelystad'
Advies wel/niet afdekken met WINDDICHTE MATERIALEN
Het Bewaaradvies VORST suikerbieten is vanochtend om 9.00 uur vastgesteld met de op dat moment geldende weersverwachting. Zie datumcode linksonder in de kaart.
Wordt de kaart niet goed weergegeven, klik dan op deze link.
Naast de suikerbietenteelt is het IRS ook actief in onderzoek en voorlichting voor de cichoreiteelt. Het onderzoek is onder andere gericht op de onkruidbestrijding, rassen en zaadkwaliteit. Alle informatie over de cichoreiteelt, zoals actuele berichten en teeltinformatie, is te vinden op www.cichorei.nl.
De lijst van in suikerbieten toegelaten gewasbeschermingsmiddelen is geactualiseerd en is te raadplegen op onder andere de IRS-site: www.irs.nl/toelatingssituatie. Deze lijst wordt geactualiseerd door de BO Akkerbouw.