donderdag 28 mei 2020
Diverse nutriënten zijn door de droogte slecht beschikbaar door een stagnerende vochttoevoer naar de wortels. Om opbrengstderving door nutriëntengebrek te voorkomen is bijbemesten voor de gewassluiting nodig. Dan kunnen de bieten optimaal profiteren van de huidige temperaturen en vlot weggroeien.
Boriumgebrek
Bevorderende factoren
Een gebrek komt met name voor op zandgronden, die borium slecht vasthouden. Bij aanhoudende droogte kan ook op van nature boriumrijke zeekleigronden met een dun kleipakket een gebrek optreden.
Oorzaken
Borium wordt met bodemvocht opgenomen. Vochttekort, een hoge pH (>5,8) en een lage bodemvoorraad zijn de belangrijkste oorzaken voor boriumgebrek. Doorgaans wordt een gebrek pas in de zomer zichtbaar, maar op dit moment zijn de eerste symptomen al waargenomen op lichte grond.
Symptomen
Hartrot is het bekendste symptoom van een boriumgebrek. De jongste hartblaadjes blijven klein, kleuren zwart en sterven af. Ook worden er nieuwe zijscheuten gevormd. Later ontstaat er in de kop rot, wat verder kan trekken de wortel in. Het hartrot is onomkeerbaar.
Maatregelen
Een bladbespuiting met een borium(houdende) meststof dient voor de gewassluiting uitgevoerd te worden. Wanneer er omstreeks het zaaien al borium is gegeven, is bijbemesten veelal overbodig. Met de droge omstandigheden van dit jaar kan het echter zijn dat deze boriumgift niet voldoende beschikbaar komt. Een aanvullende bladbemesting kan dan zinvol zijn. Als het boriumgehalte onbekend is, wordt op een droogtegevoelige grond minimaal 400 gram borium per hectare geadviseerd. Mengen met een herbicide is in veel gevallen mogelijk, raadpleeg hiervoor het etiket. Een preventieve toepassing voorkomt dat boriumgebrek rot en/of opbrengstderving veroorzaakt.
Foto 1. Symptomen van boriumgebrek zijn onder andere de zwartgekleurde hartbladeren en littekens (verkurkingen) op de bladstelen.
Mangaangebrek
Bevorderende factoren
Mangaangebrek treedt voornamelijk op zand- en dalgronden en lichte zavelgronden met een hoge pH op. De eerste verschijnselen op zand- en dalgronden zijn vaak zichtbaar op humusrijke plekken in het perceel waar de pH na bekalking snel stijgt. Ook op (kalkrijke) kleigronden kan mangaangebrek optreden als gevolg van een lage beschikbaarheid of door een beperkte vochtopname.
Oorzaken
Een hoge pH is in veel gevallen de belangrijkste factor. Vanaf een pH-CaCl2 van 5,5 is de kans op een gebrek aanwezig en wordt groter naarmate de pH hoger is. Vanaf 6,3 is de kans op een gebrek groot. Veel vers organisch materiaal kan eveneens een rol spelen.
Symptomen
Mangaangebrek is te herkennen aan wolkvormige, bleekgele vlekken op het oudste blad. Later kunnen deze het gehele blad tussen de nerven bedekken. Aangetast blad staat rechtop en draait naar binnen. Bladnerven blijven langer groen.
Maatregelen
Een langdurig mangaangebrek kan tot een significant lagere opbrengst leiden. De gevoeligheid voor een gebrek en gevolgen voor de opbrengst verschillen per ras. Een bespuiting met een mangaan(houdende) bladmeststof kan een gebrek snel opheffen. Bij vroeg optredend, ernstig gebrek omstreeks het zesbladstadium, is een bespuiting zinvol. Vanwege de slechte mobiliteit van mangaan is een herhaling van de bespuiting vaak noodzakelijk.
Foto 2. Wolkvormige, bleekgele vlekken zijn kenmerkend voor mangaangebrek.
Molybdeengebrek
Bevorderende factoren
Een hoog ijzergehalte in de grond verslechtert de opname van molybdeen. In combinatie met een lage pH en/of een lage bodemvoorraad is de kans op een gebrek groter.
Oorzaken
Een lage pH (<5,6) is een belangrijke oorzaak voor het optreden van molybdeengebrek, in tegenstelling tot mangaan- en boriumgebrek dat juist optreedt bij een hogere pH. Ook een ijzerrijke grond maakt molybdeen minder beschikbaar voor het gewas.
Symptomen
De bladeren kleuren bleekgeel, waarbij de bladranden wit kunnen verkleuren. Het blad is gootvormig samengeknepen langs de hoofdnerf. Planten blijven achter in groei.
Maatregelen
Een molybdeen(houdende) meststof zoals Natriummolybdaat of Molytrac kan een gebrek opheffen.
Foto 3. Geelverkleuring van de eerste echte bladeren kan duiden op molybdeengebrek.
Meer informatie
In het hoofdstuk ‘Bemesting’ van de teelthandleiding is voor de meest essentiële nutriënten meer informatie te vinden.
Contact: André van Valen
Bepaal het bewaaradvies VORST voor uw locatie
Code bewaardavies VORST voor 'Lelystad'
Advies wel/niet afdekken met WINDDICHTE MATERIALEN
Het Bewaaradvies VORST suikerbieten is vanochtend om 9.00 uur vastgesteld met de op dat moment geldende weersverwachting. Zie datumcode linksonder in de kaart.
Wordt de kaart niet goed weergegeven, klik dan op deze link.
Naast de suikerbietenteelt is het IRS ook actief in onderzoek en voorlichting voor de cichoreiteelt. Het onderzoek is onder andere gericht op de onkruidbestrijding, rassen en zaadkwaliteit. Alle informatie over de cichoreiteelt, zoals actuele berichten en teeltinformatie, is te vinden op www.cichorei.nl.
De lijst van in suikerbieten toegelaten gewasbeschermingsmiddelen is geactualiseerd en is te raadplegen op onder andere de IRS-site: www.irs.nl/toelatingssituatie. Deze lijst wordt geactualiseerd door de BO Akkerbouw.